Leren leven met afasie
Leren leven met afasie
Wat is Afasie?
Afasie is een vorm van taalstoornis die de communicatie met de buitenwereld sterk kan bemoeilijken, letterlijk en figuurlijk.
In sommige gevallen verloopt de communicatie met de buitenwereld moeilijk vanwege de eigen spraakproblemen (andere mensen verstaan is in dat geval geen probleem), in andere gevallen zijn er communicatiestoornissen met de buitenwereld.
Concreet betekent dat een afasie-patiënt niet in alle gevallen de betekenis van iets zal begrijpen, terwijl het omgekeerde eveneens het geval is.
Het wegvallen van een adequate communicatie met de buitenwereld kan in veel gevallen leiden tot zware woede-aanvallen bij de patiënt. De theorie drukt het uit als volgt: “Afasie is een verworven taalstoornis die veroorzaakt wordt door een hersenletsel en waarbij het begrijpen en het uiten van gesproken en geschreven taal gestoord is.”
Uit deze definitie blijkt dat iemand niet met afasie wordt geboren, maar dat de stoornis het gevolg is van één of andere gebeurtenis. In veel gevallen is dat een hersenbloeding, -infarct of thrombosis.
Afasie kan ook het gevolg zijn van een verkeersongeval of van een hersentumor. Altijd is er echter sprake van een voorafgaand hersenletsel. Iemand met afasie kon in een vorige periode van zijn leven gewoon praten zoals iedereen.
Afasie is een taalstoornis en geen spraakstoornis
Er dient duidelijk een onderscheid te worden gemaakt tussen een taal- en een spraakstoornis. Afasie is wel degelijk een taalstoornis. De getroffene beschikt nog wel degelijk over zijn spraakvermogen, maar heeft moeite met het formuleren of zelfs verstaan van woorden. Of met andere woorden: de articulatie van woorden en de algemene intelligentie zijn normaal.
Precies het feit dat de intelligentie normaal is, geeft aanleiding tot frustratie en misverstanden. Sommigen leggen de link tussen afasie en dementie, maar dit verband mag in geen geval gelegd worden.
De afasie-patiënt beschikt nog over zijn volledige verstandelijke vermogens, inclusief zijn geheugen. Waar het spaak loopt, is de communicatie met de buitenwereld.
Verschil tussen afasie en apraxie
In de praktijk worden afasie en apraxie nogal eens met elkaar verwisseld. Het betreft echter twee zaken die duidelijk moeten onderscheiden worden.
Apraxie is het onvermogen om complexe handelingen uit te voeren. In een aantal gevallen kan een apraxie-patiënt zo’n complexe handeling wel imiteren nadat hij ze eerst heeft zien uitvoeren. Hij slaagt er echter niet in om ze op een later tijdstip op aanvraag opnieuw uit te voeren.
Een andere vorm van apraxie is dat de patiënt onbewuste handelingen wél kan uitvoeren, maar bewúst ingezette bewegingen niet. Enige vorm van verwantschap met afasie is dat de apraxie ook met spraakmoeilijkheden te maken kan hebben. In dat verband spreken we dan van verstoorde articulatie.
Apraxie kan zich overigens beperken tot bijvoorbeeld alleen maar de tong, waardoor er inderdaad verwarring met afasie kan optreden. Apraxie kan optreden als symptoom van verschillende ziektebeelden en stoornissen, zoals bijvoorbeeld het syndroom van Rett.
Het syndroom van Rett ook wel Rettsyndroom is een vrij zeldzame aangeboren (!, zie het onderscheid met afasie) aandoening die vrijwel alleen bij meisjes voorkomt. Ze kan aanleiding geven tot ernstige geestelijke en lichamelijke invaliditeit.
De meest voorkomende oorzaak van apraxie is echter een CVA (cerebrovasculair accident) of hersenbloeding. Diezelfde hersenbloeding kan ook aanleiding geven tot het optreden van afasie, maar toch moeten beide kwalen goed van elkaar onderscheiden worden.
Afasie en woede-aanvallen
Het is misschien minder belangrijk, maar het woord ‘afasie’ is eigenlijk niet goed gekozen. Afkomstig uit het Grieks betekent het letterlijk vertaald ‘niet-spreken’.
Een afasie-patiënt heeft echter een taal- en geen spraakstoornis. Beter op zijn plaats zou dus ‘dysfasie’, een storing in het spraakgebruik zijn. De afasie-lijder dan dus de taal niet goed meer gebruiken. Hij of zij belandt dus vaak bij een logopedist, wat toch tot behoorlijke resultaten aanleiding kan geven.
Een bijkomend probleem is echter dat mensen die door een beroerte werden getroffen ook vaak met epilepsie aanvallen af te rekenen hebben. Na zo’n aanval kunnen de gedane inspanningen om opnieuw beter te leren praten volledig teniet zijn gedaan. In dat geval moet er telkens weer van voren af aan opnieuw begonnen worden.
Zeker in het geval van intelligente afasie-patiënten kunnen er regelmatig kortsluitingen ontstaan tussen de patiënt en de logopedist(e). De patiënt kan zich bijvoorbeeld storen aan een fout in de cursus, die voor de logopedist(e) van ondergeschikt belang wordt geacht.
Zo ontstaan er communicatiestoornissen die er in het ergste geval zelfs toe kunnen leiden dat de logopedist(e) niet meer wenst te werken met zijn of haar patiënt. Hij of zij kan namelijk moeilijk bestand zijn tegen de woede-aanvallen van de patiënt. Die moet dan op zoek naar een nieuwe logopedist, waarmee van nul af aan een nieuwe relatie dient te worden opgebouwd.
Afasie in het dagelijks leven
Communicatie met andere mensen is ons leven een belangrijk gegeven, een gegeven waar we zelfs niet buiten kunnen. Hier wringt dan ook het schoentje voor de afasie-patiënt.
Zelfs in de meest eenvoudige gevallen – bijvoorbeeld het bestellen van de brood bij de bakker – kan hij worden geconfronteerd met het feit dat hij zich op de juiste manier weet uit te drukken.
Dit kan opnieuw tot grote frustraties en zelfs woede-aanvallen aanleiding geven. Bovendien ontstaat er ook aan de andere kant een misverstand. De bakker die voor de eerste keer een afasie-patiënt ziet opduiken, zal mogelijk denken dat deze van slechte wil is. Zijn geduld kan al snel opgebruikt raken, waardoor de ruzie tussen beiden escaleert.
Daarom is het belangrijk dat familie en vrienden de omgeving van de afasie-patiënt op de hoogte brengt van diens kwaal. Op die manier kunnen heel wat misverstanden vermeden worden.
Verschillende vormen van afasie
Naargelang de mate van hersenbeschadiging vallen er verschillende vormen van afasie te onderscheiden.
Op de eerste plaats is er motorische afasie, die ook wel expressieve afasie of afasie van Broca wordt genoemd. Belangrijkste kenmerk is een afname van het uitdrukkingsvermogen, wat zich vertaalt in een gebrekkig woordgebruik. De vorm komt meestal voor bij mensen die een hersenletsel opliepen als gevolg van een bloeding of een infarct.
Kenmerken zijn stokkend taalgebruik en het praten via korte zinnen. De aangesprokene merkt meteen dat de man of vrouw in kwestie spraakproblemen heeft. Het gebruik van verkeerde woorden of zelfs halve woorden valt meteen op. Een motorische afasie kan worden gecombineerd met een sensorische afasie, we spreken dan van een gemengde afasie.
Sensorische afasie (ook wel receptieve afasie of afasie van Wernicke genaamd) is een vorm van afasie waarbij er sprake is van een verstoord taalbegrip. Een patiënt begrijpt niet of met moeite wat er tegen hem wordt gezegd, wat tot misverstanden aanleiding kunnen vegen.
Woordgebruik vormt op zich geen probleem, maar de woorden worden vaak in een verkeerde context gebruikt. Dat vertaalt zich in zinnen zonder inhoud. Meest voorkomend is de mengvorm van afasie. De gemengde, ook wel globale afasie genaamd, is een vorm van afasie die zowel motorische als sensorische kenmerken heeft.
Er zijn nog een aantal andere vormen van afasie, die echter minder vaak voorkomen. Problemen met taal en vooral taalgebruik zijn een gemeenschappelijk kenmerk van deze afasievormen.
Hoe omgaan met afasie?
Omgaan met afasie-patiënten is niet gemakkelijk en vraagt veel geduld en begrip. De communicatie verloopt vaak stroef, zeker voor mensen die met het fenomeen afasie niet bekend zijn. De omgang van de patiënt verschilt van geval tot geval, maar geduld en begrip zijn en blijven de sleutelbegrippen.
Hou er steeds rekening mee dat de persoon tegenover uw woorden misschien niet of verkeerd begrijpt en/of dat hij verkeerde of nietszeggende antwoorden kan geven.
Gebaren kunnen een gesprek vlotter laten verlopen. Eventueel kan ook worden overwogen om bepaalde belangrijke opmerkingen neer te schrijven. Dit kan echter eveneens problemen opleveren, want sommige afasie-patiënten ondervinden ook problemen met lezen en schrijven.
Haast en spoed is zelden goed, maar zeker in het geval van omgang met afasie is geduld een mooie deugd. Spreek zelf in ieder geval kort en duidelijk, met de klemtoon op die woorden die het belangrijkst zijn.
Een veelgemaakte fout is dat u – evenals bij stotteraars – een woord dat de afasie-patiënt probeert uit te spreken zelf gaat invullen, kwestie van het gesprek wat vlotter te laten verlopen.
Dit kan hem of haar uit evenwicht brengen. In geval van woedeuitbarstingen mag u uw zelfcontrole niet verliezen. De woede-aanval is op de eerste plaats een teken van onvermogen en heeft slechts zijdelings met uzelf als gesprekspersoon te maken.
Na verloop van (meestal relatief korte) tijd zal de aanval vanzelf overgaan. Het slechtste wat u kan doen is u laten leiden door uw emoties door zelf ook woedend te worden. Het spreekt vanzelf dat u op die manier geen stap verder geraakt. In geval van een woede-aanval kan een rustpauze soelaas brengen.
Zet het gesprek na een tijdje gewoon verder en doe of er niets aan de hand is. Het heeft ook weinig zin om dingen te ontkennen die de afasie-patiënt voor waarheid aanneemt.
Een bepaald gegeven staat voor hem als een paal boven water en u zult hem of haar niet van dat standpunt kunnen afbrengen, ook al is dat fout. Prekerig gedrag is helemaal uit de boze, evenals het de aangesprokene als een kind of een mindervalide te behandelen. Hou er steeds rekening mee zijn handicap een normale communicatie bemoeilijkt, maar zeker niet onmogelijk maakt.
Behandeling van afasie
Afasie gaat vaak gepaard met andere aandoeningen die een gevolg zijn van de hersenbeschadiging. Die verschijnselen kunnen gaan van concentratiestoornissen over slaap- en spierproblemen tot met een gedeeltelijke verlamming.
We kaartten eerder al aan dat epilepsie een gevolg kan zijn van een beroerte. De medicatie die de afasie-patiënt neemt, is dus deels afhankelijk van de symptomen die hij aan de dag legt.
Daarnaast kan de huisdokter – al dan niet in samenspraak met een specialist – bijkomende hulpverlening aanbevelen. Dat kan een logopedist(e) zijn, maar ook een kinesist(e) of een maatschappelijk werker.
Revalidatie van een afasie-patiënt is om bovenstaande redenen geen evidente zaak. Het kan veel tijd en moeite vergen, maar elke stap voorwaarts betekent een verbetering van de levenskwaliteit van de afasie-patiënt.
Stapje voor stapje kan u zo in samenwerking van het team van gespecialiseerde medewerkers een familielid of een andere dierbare helpen om deze moeilijke handicap te overwinnen.
Hoop voor Afasie-patiënten: communicatietoestellen
Op de markt zijn een aantal communicatietoestellen verkrijgbaar die het leven van een afasie-patiënt makkelijker kunnen maken.
Zo is er de Lingraphica, een toestel dat een vocabularium van tekeningen bevat die via een menselijke stem uitgelegd worden. In feite betreft het een vorm van spraaktechnologie, want de Lingraphica zal zelf zinnen helpen formuleren.
Op die manier wordt de communicatie voor de afasie-patiënt vergemakkelijkt. Eerlijksheidshalve merken we op dat het toestel niet voor elke afasie-lijder een verlichting zal betekenen. Voor receptieve afasie kan de Bungalow Software therapie een deeloplossing aanreiken.
Deze software werd ergens midden in de jaren 90 ontwikkeld en heeft inmiddels zijn succes bewezen. Maar ook in dit geval zal de software niet elke afasie-probleem helpen oplossen. Zoals we al zeiden: er zijn zoveel vormen van afasie die elk op een eigen manier aangepakt moeten worden.