Asperger, autisme en andere pervasieve ontwikkelingsstoornissen
Asperger, autisme... en andere pervasieve ontwikkelingsstoornissen
Autisme is geen welomlijnd begrip, er zijn heel wat pervasieve ontwikkelingsstoornissen die rond het kernautisme cirkelen
Autisme is geen welomlijnd begrip, er zijn heel wat pervasieve ontwikkelingsstoornissen die rond het kernautisme cirkelen. Sommigen worden door de ene wel en door de andere dan weer niet erkend als een vorm van autisme. In het randgebied van autisme vermelden we onder andere Asperger, Atypisch autisme, Rett syndroom en andere pervasieve ontwikkelingsstoornissen. Deze aandoeningen werken op een aantal vlakken af van het ‘klassieke’ autisme.
Ze hebben echter één ding gemeen, ze behoren allemaal tot de autismespectrumstoornissen (of ASS). Het is soms moeilijk om een lijn te trekken tussen deze vormen van autismespectrumstoornissen. Zo is er bijvoorbeeld de autistische stoornis, die door sommige medici als een gewone vorm van autisme wordt gedefinieerd. De grens tussen het hoogfunctionerend autisme (HFA) en het syndroom van Asperger is eerder vaag, in beide gevallen kan er sprake zijn van een hoog intelligentiequotient.
De pervasieve ontwikkelingsstoornis niet anders omschreven (afgekort PDD-NOS) vertoont sterke gelijkenissen met autisme, maar verschilt volgens de meeste psychiaters toch weer van het ‘klassieke’ autisme. Opnieuw is de grens echter zeer dun. Alleen ervaren specialisten zullen het verschil kunnen opmerken, echter zonder volledige garantie van een juiste diagnose te kunnen garanderen. We vermelden nog de meervoudig complexe ontwikkelingsstoornis (afgekort McDD) en het atypisch autisme (vaak gebruikt als synoniem voor de pervasieve ontwikkelingsstoornis), die beiden kleine verschillen met het klassieke autisme vertonen. In het eerste geval spelen emoties en gevoelens een belangrijke rol, in het tweede geval starten de symptomen pas op latere leeftijd dan bij het klassieke autisme het geval is. Nogmaals: de grens tussen autistisch, bijna-autistisch of niet-autistisch is bijzonder moeilijk te trekken.
Het syndroom van Rett is een geval apart, in die zin dat deze aandoening relatief zeldzaam is en hoofdzakelijk bij meisjes voorkomt. Het duikt op in de leeftijd tussen 1 en 4 jaar en wordt onder andere gekenmerkt door drukke handgebaren. Het syndroom van Rett houdt verband met de chromosomen, waardoor jongens die de stoornis in hun chrosomen hebben al voor de geboorte al sterven. Omdat Rett duidelijk een chromosaal verband zou vertonen, wordt ook autisme vaak aan de chromosomen gelinkt. Rett wordt eens te meer door sommigen wel en bij anderen tot bij het autistisch universum gerekend. In beide laatste gevallen zouden niet alle symptomen congruent zijn met het klassieke autisme.
Zelfs medici of paramedici met heel veel ervaring in het autistisch universum zullen moeite hebben om een onderscheid te maken tussen bovenvermelde aandoeningen. In feite is geen enkel geval van autisme hetzelfde. De manier van behandeling is bij deze verwante aandoeningen in grote lijnen dezelfde, ook al verschilt de behandeling in geval van autisme ook steeds van geval tot geval.