Rilatine bij kleuters met ADHD: doen of niet doen?
Rilatine bij kleuters met ADHD: doen of niet doen?
Studie over neveneffecten van Rilatine bij kleuters
Is het aangewezen om ritaline of andere methylfenidaten voor te schrijven bij kleuters die ADHD-symptomen vertonen? Een recente studie zou uitwijzen dat er meer neveneffecten opduiken bij kleuters dan bij kinderen op latere leedtijd.
De studie zocht een antwoord op twee vragen: is het veilig om Rilatine te gebruiken bij kleuters met ADHD en – zelfs wanneer het veilig zou zijn – is het aangewezen om dit te doen? Het betrof de grootste studie die daaromtrent ooit werd gedaan.
Meer neveneffecten Rilatine bij kleuters dan bij oudere kinderen
De studie gebeurde bij 183 kinderen waar de diagnose ADHD was gesteld en werd uitgevoerd door medici die niets wisten van de medicatie die de betrokken kleuters toegediend kregen.
Uiteindelijk waren er geen neveneffecten bij 70% van de deelnemertjes aan het onderzoek. 30% had matige tot ernstige neveneffecten, terwijl bij zowat 10% de behandeling moest worden stopgezet wegens de neveneffecten.
Welke neveneffecten veroorzaakt Rilatine bij kleuters?
De meest frequent voorkomende neveneffecten waren lichtgeraaktheid en emotionele buien. Deze neveneffecten hadden wel de neiging om af te zwakken in de loop van de behandeling.
Er werden nog een aantal neveneffecten vastgesteld, waaronder huilbuien, triest, lusteloos, vermoeid enzovoort. Ook deze neveneffecten sleten met tijd. Dat was in mindere mate het geval met hoofdpijn, slaaproblemen, gebrek aan eetlust, hoofdpijn en een jeukende huid.