Negatieve gevoelens zijn slecht voor het ontwikkelen van hart- en vaatziekten
Negatieve gevoelens zijn slecht voor het ontwikkelen van hart- en vaatziekten
Pessimisme, cynisme, vijandige gevoelens enzovoort zijn slecht voor het hart, kans op hart- en vaatziekten wordt groter
Negatieve gevoelens zijn slecht voor het hart, zo blijkt uit recent wetenschappelijk onderzoek. Dergelijke gevoelens verhogen namelijk de kansen op hart- en vaatziekten. Sommige mensen zien het glas halfvol, voor anderen is het glas halfleeg. Blijkt nu dat diegenen die het glas halfvol zien een gezonder leven leiden.
Onderzoek omtrent deze zaak werd uitgevoerd aan de University of Pittsburgh Medical Center onder leiding van internist Hilary A. Tindle. De conclusie van zijn onderzoek liet aan duidelijkheid niets te wensen over: wie door een zonnige bril naar het leven kijkt, leeft meestal langer.
De studie werd uitgevoerd bij in totaal 162.000 vrouwen in de postmenopauzale vrouwen, waarbij werd gezocht naar factoren die wat betreft persoonlijkheid en temperament van invloed waren op het hart. Bleek dat optimisme een zekere vorm van bescherming biedt tegen hart- en vaatziekten, terwijl pessimisme daarentegen de kansen op hart- en vaatziekten doet toenemen.
Vrouwen die zich in grote mate cynisch, pessimistisch of vijandigheid opstelden, bleken duidelijk meer kans te lopen om hart- en vaatziekten te ontwikkelen. De oorzaken waarom zijn vooralsnog niet helemaal duidelijk, maar de uitslagen van het onderzoek logen er niet om. Geen van de vrouwen had last van hart- en vaatziekten wanneer het onderzoek startte, maar daar bleek in de loop van de studie verandering te zijn gekomen.
De vrouwen die deelnamen aan het onderzoek werden gepolst naar de mate waarin ze het leven op een optimistische of een pessimistische wijze aanpakten. De deelneemsters kregen een uitgebreide vragenlijst voorgelegd, met vragen waarop telkens ‘ja’ of ‘nee’ moest worden geantwoord. Die vragen hadden zowel betrekking op situaties binnen het gezin als op situaties thuis. Er werd onder andere gepolst naar hun relatie met baas/collega’s en met (indien ze getrouwd waren) met hun echtgenoot.
Vrouwen met de hoogste score voor optimisme had 9% minder kans voor het ontwikkelen van hart- en vaatziekten en 14% minder kans om aan deze aandoeningen te sterven. Anderzijds waren vrouwen met een grote mate van pessimisme en cynisme 16% meer kwetsbaar voor hart- en vaatziekten. Opvallend was dat het risico op hart- en vaatziekten bij optimistische Afro-Amerikaanse vrouwen beduidend lager lag dan bij blanke vrouwen. Anderzijds stierf een veel hoger percentage pessimistisch ingestelde Afro-Amerikaanse vrouwen aan hart- en vaatziekten.
Uiteraard moet er ook enig voorbehoud gemaakt worden voor de leefsituatie van de betrokken vrouwen. Het is natuurlijk makkelijk om optimistisch te zijn wanneer een vrouw werk heeft en een harmonieus gezinsleven. Ook mooi meegenomen bleek wanneer iemand niet te veel last had van allerlei kwaaltjes. Roken en overgewicht waren twee andere factoren die automatisch de kansen op het ontwikkelen van hart- en vaatziekten verhoogden. Maar zelfs wanneer met de leefsituatie rekening werd gehouden, waren de verschillen volgens de onderzoekers opmerkelijk. De volledige uitslagen van het onderzoek zijn te leven in The American Heart Association journal Circulation.